De zandbodem van de bollenstreek laat het water goed door. Dit maakt het gebied geschikt voor de bollenteelt. Maar de gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen uit de teelt komen hierdoor ook sneller in het oppervlaktewater. We zien dit terug in de waterkwaliteit. Deze is niet goed genoeg volgens internationale wetgeving en natuurwaarden. Rijnland werkt aan oplossingen, bijvoorbeeld door een bronnenaanpak voor nutriënten en het terugdringen van het gebruik van gewasbescherming. Maar ook kan worden gedacht aan versterking van het groenblauwe netwerk en scheiding van schone en minder schone watersystemen. We doen dit samen met overheden en de bollenteeltsector.
Met het oog op de lange termijn is het de moeite waard om de toekomst van de Bollenstreek te verkennen. Andere perspectieven voor de streek zijn: eigen watersystemen voor de duinnatuur en de bebouwing, een concentratie van de bollenteelt in een kleiner gebied met zoveel mogelijk een gesloten en circulair watersysteem en een eigen (natuurlijke) zuivering en afvoer. Hoogwaardig en schoon kwelwater uit de duinen kan hiervan worden gescheiden, zodat twee van elkaar gescheiden watersystemen ontstaan. Een derde perspectief is zelfs de transitie naar een extensiever landgebruik, mogelijk met nieuwe (duin)natuur. Lentevreugd bij Wassenaar, waar bollengrond is omgevormd tot natte natuur, is een mooie referentie. Water en bodem sturen in dat geval de inrichting van het gebied. De keuzes die hiervoor gemaakt moeten worden liggen niet bij de waterbeheerder, maar bij de algemene democratie, waarbij het gesprek met de bollensector over de toekomst voorop zal staan.