Skip to main content

Van zoet tot zilt

Het landgebruik en het watersysteem op elkaar afstemmen is mogelijk door de teelt minder gevoelig te maken voor verzilting en minder afhankelijk te laten zijn van aanvoer van zoetwater, dat bovendien steeds schaarser wordt. De uitdaging is die oplossingen te vinden waarin functies en waterbeheer zijn afgestemd op elkaar én op het veranderende klimaat.

In de droogmakerijen komt kwelwater omhoog uit diepere ondergrond met brak tot zout grondwater. Dit zoutere water bereikt watergangen en de bodem van landbouwgebieden. Maar het is minder geschikt voor akkerbouw en bollenteelt en kan nadelig zijn voor de waterkwaliteit en watergebonden natuur. Ook wordt het kwelwater op lange termijn steeds zouter, hierdoor neemt de verzilting in de watergangen toe. Tot nu toe kan Rijnland schoon zoet water door de meeste droogmakerijen laten stromen en zo het zoute water doorspoelen en de agrarische functies goed faciliteren. Op langere termijn (tientallen jaren) komt dit door droogte en zeespiegelstijging steeds meer onder druk te staan. 

Rijnland ziet meerdere oplossingen. Ze vragen ook inzet van onze partners: 

  • langer vasthouden van gebiedseigen zoet regenwater door de aanleg van buffers en door dynamisch peilbeheer (zowel in stedelijk als in landelijk gebied);
  • zoete kwel benutten voor gevoelige functies zoals natuur en landbouw;
  • het vasthouden van zoet water in de percelen;
  • terugdrukken van zoute kwel door bijvoorbeeld een hoger waterpeil; 
  • aanpassen van grondgebruik op ziltere omstandigheden en/of hogere peilen, zoals andere teelten of andere functies;
  • inzetten op vergroten van het zuiverend vermogen van watergangen, bijvoorbeeld door natuurvriendelijke oevers.
     
Gemaal Cruquius.